“Mijn naam is Charlotte Rutten en tot voor kort was ik werkzaam bij Rijkswaterstaat Zuid-Nederland Sinds 30 juli jl. ben ik met pensioen. Ik ben zo'n kleine 40 jaar vertegenwoordiger geweest van het Sociaal Fonds.
Toen ik in 1974 in Rijksdienst kwam, werd je tijdens je sollicitatie gevraagd lid te worden van het fonds. Ik vond het vanzelfsprekend: met een kleine bijdrage kon je wat betekenen voor een ander die in financiële problemen zat. Een paar jaar later werd ik gevraagd om vertegenwoordiger te worden. Ik hoefde hier niet lang over na te denken. Ik vond het fijn iemand te kunnen bijstaan, te adviseren om het leven weer financieel op orde te krijgen. Naast mijn reguliere werk, kon ik nog iets meer betekenen voor een ander.”
Hulp in vroegere tijden
“Vanuit die tijd kan ik mij herinneren dat het vooral oudere mensen waren die financiële problemen hadden. Meestal waren het partners waarvan de man gewerkt had en al was overleden. De problemen ontstonden vaak vanuit onwetendheid of kosten door ziekte die niet werden vergoed uit de ziektekostenverzekering. In die tijd was het vanzelfsprekend dat je iemand thuis bezocht. Aan de hand van bankafschriften en bonnetjes kwam je te weten hoe groot de schuld was of waar het was misgegaan. Dat vergde veel tijd. Want als iemand aangaf financiële problemen te hebben, moest deze persoon wel met de 'billen bloot' zoals we dat noemden. Alle financiële activiteiten hielden we tegen het licht. Het mocht niet zo zijn dat iemand nog een spaarrekening had en toch hulp vroeg aan het Fonds. Ook keek je of iemand het wat zuiniger aan kon doen, door bijvoorbeeld de auto te verkopen. Tegenwoordig krijg je met de belastingopgave gemakkelijker inzicht in iemands financiën.”
Het verschil met vroeger
“Ten opzichte van vroeger is de schuldenlast groter geworden. Eerder waren de schulden hooguit een paar honderd euro. Nu is het vaker zo dat schulden meer dan tienduizend euro bedragen. Dan zoekt het bestuur zo goed als mogelijk naar een oplossing. Vaak zitten mensen in de schuldsanering en is beslag gelegd op hun inkomen. Dan is het nog een hele puzzel om alles op te lossen. Doordat de problematiek steeds ingewikkelder wordt en het fonds niet zomaar dergelijke grote bedragen kan betalen (mag ook niet als iemand in de schuldsanering zit), wordt nu meestal een financiële adviseur of coach ingeschakeld. Tegenwoordig kan de aanvrager op de website van het fonds zelf het aanvraagformulier invullen. Dat maakt het een stuk makkelijker.”
Financiële én emotionele last
“Behalve het financiële deel, is het vooral ook het verdriet, het psychische leed, waar je als vertegenwoordiger mee te maken krijgt. De bedrijfsmaatschappelijk werker komt dan ook vaker in beeld.”
Ontelbare casussen
“Zelf heb ik ontelbare casussen gehad en iedere casus was weer totaal anders. Het is echt niet zo dat mensen met een klein salaris vlotter problemen krijgen dan iemand met een hoog salaris. Denk maar eens aan het feit dat je verantwoordelijk bent voor je kinderen totdat ze meerderjarig zijn. En als je puber in de drugswereld terecht komt en gaat stelen...”
De casus die mij het meest bijbleef
“Iedere casus staat op zich, maar als mensen mij naar mijn meest bijzondere casus vragen, popt er één in het bijzonder op. Ik werd gebeld door een familielid van een al wat oudere mevrouw waarvan de man overleden was. Die mevrouw woonde in een kleine bovenwoning, boven een pand van de SNS-bank. Nadat haar man was overleden, deed een broer haar administratie. Maar ze haalde steeds geld af (ze hoefde maar even naar beneden te lopen) en kocht daar kantenkleedjes, bloemen, frutsels voor in huis en veel te veel huishoudelijke producten voor. De SNS-bank vertrok en de nieuwe huurder vroeg een hogere huur. Er bleef nog wel een pinapparaat. Zij kreeg een pinpas en zo kon ze toch nog geld afhalen. Ondertussen kwam ze in het rood te staan en kon haar vaste lasten niet meer betalen. Toen ging haar stofzuiger stuk en even later de wasmachine. Dit is het moment dat ik in beeld kwam. Het familielid dat mij belde, zei me dat haar broer een paar maanden eerder was overleden en ze er achter kwamen dat die mevrouw de deur niet meer uitkwam. Ze was heel mager geworden en schaamde zich, maar ze wist niet hoe ze het op moest lossen. Ze at toentertijd een hele week alleen maar brood met jam.
Toen ik kwam was het een heel emotioneel verhaal. Haar papieren nakijken was veel werk, want ze had al maanden haar post niet opengemaakt. Met het fonds werd geregeld dat op het moment dat er iets stuk ging van huishoudelijke apparatuur, mevrouw het geld niet in handen kreeg, maar dat de rekening rechtstreeks aan het bedrijf werd betaald. Ik weet nog dat ik met haar alles aan het uitzoeken was, terwijl zij huilde en het niet meer zag zitten. Ik probeerde haar op te beuren en op dat moment hoorde ik een klap en zaten we in het donker. Na van de schrik te zijn bekomen, bleek het rolluik te zijn los geschoten, waardoor het was dichtgevallen. Toen dacht ik zelfs: Wat kan hier nog meer stuk gaan?
Ik begon gelijk te bellen en gelukkig konden we het relatief snel en tegen een goede prijs oplossen. Uiteindelijk voerde ik nog veel gesprekken met haar en legde haar uit wat een goed uitgavenpatroon voor haar zou zijn. In overleg met de bank spraken we een limiet af waar ze zich aan moest houden. De familie heb ik gevraagd om een oogje in het zeil te houden. Na een maand belde zij mij en vroeg ze of ik langs kon komen. Ze wilde mij niet zeggen waarom, maar ze stond erop dat ik snel kwam. Dus ik ging naar haar toe. Wat bleek, ze was zo blij met mijn hulp geweest dat ze mij wilde bedanken. Ze wist dat ze geen dure dingen meer moest kopen, dus had ze voor mij iets gemaakt. Toen ik het papier van het cadeautje openmaakte kon ik mijn ogen niet geloven: ze had voor mij een paar bedsokken gebreid van wol die ze nog had. Zo aandoenlijk!”
Goed gevoel
“Ik heb het altijd fijn gevonden dat ik met behulp van het fonds mensen kon helpen. Bij Rijkswaterstaat Zuid-Nederland is het gebruikelijk om als vertegenwoordigers tweemaal per jaar bij elkaar te komen om in het bijzijn van een bedrijfsmaatschappelijk werker anoniem elkaars casussen te bespreken. We leren hiervan en kunnen op elkaar terugvallen indien nodig. Het is belangrijk dat mensen met financiële problemen weten waar ze terecht kunnen. Ik kijk met een goed gevoel terug op de activiteiten van het Sociaal Fonds en de vertegenwoordigers.”